Herthogawerpdijk, laatste december, te elfder ure
Lieve Besteling,
(dat bedoel ik rijmend op westerling,
niet op tijdsbesteding, ik dacht ik zet het er maar even bij)
Mocht je het ongepast vinden
dat ik nog iets durf op te schrijven:
dit gaat niet over mij,
maar ook niet over jou,
wie je ook bent
of denkt te zijn,
ontwakend tijdens deze regels.
Maar o ja wat ik zeggen wou:
Ik zoek mijn eigen licht,
naast het licht dat anderen
door hun werking
op mij werpen als een schaduw
waar ik in stond
toen ik nog niet wist dat ook ik,
net als jij en iedereen,
een bergbewoner ben,
die langs besneeuwde toppen op het gewordene neerkijkt.
Nietwaar toch? Alles is uiteindelijk een duikplank
waar je al dan niet van af durft,
en niet iedereeen krijgt die baan van sterrenwachter
die het vuur van de aarde mag behoeden
tegen uitdoven.
Maar je kan ook kijken hoe hij het ervan af brengt,
en verder je eigen dingen blijven doen,
omdat jij toch de enige bent die daarop let.
Wat mij betreft: ik had al eerder mijn waakzaamheid
niet uit handen moeten geven,
want wie er niet is
kan ook niet na iemand komen,
of hem voorgaan;
aan hem gaat enkel alles voorbij
in de ruimte die hij voor anderen openlaat.
Enfin je begrijpt:
het lastigste is
geen voedsel te worden
voor de honger van anderen,
of jezelf een honger aan te praten,
omdat je nou eenmaal ook wel graag
een hapje mee-eet
van al het lekkers dat zich zoal voordoet
tussen geboorte en dood.